Daar is die dan eindelijk! Zo lief en klein en schattig! Jullie pup!

Maar met de komst van dat hummeltje krijgen jullie een heleboel verantwoording op jullie bord. En ik bedoel niet alleen, dat het hummeltje lichamelijk goed moet worden verzorgd. Met name in de eerste twaalf weken, maar ook daarna, zijn jullie mede verantwoordelijk voor zijn sociale ontwikkeling. Bepaalde dingen heeft het meegekregen van ma en pa, maar wat de invloed vanuit de buitenwereld ermee doet, bestemmen wij voor een groot deel.

De natuur heeft het zo ingericht, dat puppies in de eerste twaalf weken enorm snel en intensief leren – wolvenjongen moesten immers heel snel zelfstandig worden.

Dat betekent, dat de pup nu die ervaringen moet maken, waarvan jij wilt, dat hij ze later als van zelfsprekend beschouwd.

 

Jij vult dus die gereedschapskist met ervaringen. Later in zijn leven haalt de hond eruit, wat hij nodig heeft. Alleen een positieve ervaring is goed gereedschap!

Stel, je gaat met goede voornemens naar het station. Wat doe je? Ga je dicht bij het spoor staan, zodat je pup meteen alles goed kan zien en horen, of blijf je eerst even in de stationshal en laat je hem rondkijken? Juist, het laatste! Minder is in dit geval meer! Als je hem dan in de stationshal ook nog wat lekkere snoepjes geeft, denkt je puppy, als je het volgende keer terugkomt om te oefenen: Hé, hier was het leuk! Prima gereedschap in de kist.

En zo zit het met alle nieuwe ervaringen in de puppytijd. Laat het hummeltje alles eerst veilig van een afstandje bekijken en hou het kort!

Dus niet meteen mee naar de markt en dan nog even koffiedrinken. Hiervan leert puppy alleen, dat het aandacht krijgt, als het zeurt. Want zeuren gaat die zeker – en reken maar dat zo een schattig monstertje dan ook aandacht krijgt!!

Plan je ‘socialisatiemomenten’. Tien minuten is genoeg!

 

Maar, hoe zit het nou met andere honden? Het is heel belangrijk, dat je puppy ziet, dat er nog veel andere soorten en maten hond op de wereld rondlopen. Zo moet een Jack-Russel-pup een fijne ervaring opdoen met bijvoorbeeld een Leonberger of een Duitse Herder, om die voor later in zijn gereedschapskist te bewaren. En andersom is het heel handig, als een Duitse-Herder-pup een fijne kennismaking met bij voorbeeld en Chihuahua zou hebben. Later weet die dan, dat zo een klein hondje bij zijn eigen soort hoort en niet iets is, wat je na moet jagen.

 

Maar, ook hierbij weer een ‘maar’. Kennismaken is geen spelen! Kennismaken doe je onder gecontroleerde omstandigheden aan de riem, het liefst op de hondenschool – als dit weer is toegestaan. Want hier lopen alle soorten en maten rond- aan de riem! Eigenlijk neem je je hond aan de hand (riem) mee en laat je hem de grote wereld zien, net zoals je het met je (klein)kind zou doen.

 

Als je je puppy vrij wilt laten spelen met een andere hond, kan je het beste een oudere, lieve hond uitkiezen, die zich niet laat aansteken van al die druktemakerij. Natuurlijk willen puppies graag met elkaar spelen, maar ze kennen hun eigen krachten en vooral ook hun eigen grenzen niet. Zijn ze moe, worden ze niet alleen snel overprikkeld en kan spelagressie om de hoek kijken, maar is er ook kans op blessures. Dus, als puppies al met elkaar mogen spelen, zoek iets van hetzelfde formaat en karakter en hou het kort!

 

Veel succes met het vullen van de gereedschapskist van jouw puppy.

 

Gabi van Hall

kynologisch instructeur, gedragstherapeut

gabivanhall@gmail.com

 

P.S. Na 12 weken ben je nog niet klaar. Om het ingewikkeld te maken: Er is nog een tweede socialisatieperiode….word vervolgd!